23 december 2005
Al jaar en dag wordt de griepprik voor ouderen als een essentieel en probaat middel gezien bij de preventie van griep. Maar nieuwe onderzoeksresultaten wrijven ons toch iets anders onder de neus. Op 21 december publiceerde de Universiteit van Bristol een onderzoek in de International Journal of Epidemiology (IJE). De auteurs concluderen, aan de hand van een studie naar de effectiviteit van het influenzavaccin onder oudere mensen, dat het profijt van het vaccineren lichtelijk overschat wordt.
Onderzoeker Dr. Lisa Jackson en haar collega’s vonden bewijs voor serieuze bias (term in de statistiek die aangeeft dat er een afwijking is waardoor een steekproef niet meer voor een hele populatie geldig is) bij senioren als het gaat om het voordeel van de griepvaccinatie.
De studie van Jackson suggereert namelijk dat het verband tussen vaccinatie en een overlijdensrisico beïnvloed wordt door het feit dat de relatief gezonde senioren (die dus ook minder overlijdensrisico hebben) met een grotere waarschijnlijkheid gevaccineerd worden. Het onderzoek geeft niet aan dat er geen winst te halen is met de griepprik. Het geeft wel aan dat de verschillen in de gezondheid van ouderen die wel en geen vaccinatie kregen, het moeilijk of zelfs onmogelijk maken om te zeggen hoe groot de winst is als gevolg van de prik.
Ruim 73.000 mensen boven de 65 jaar werden over een periode van 8 jaar gevolgd. De onderzoekers evalueerden het verband tussen griepvaccinatie en overlijdensrisico en het verband tussen griepvaccinatie en ziekenhuisopname als gevolg van een longontsteking. Dit werd bekeken in drie verschillende periodes: voor, tijdens en na het griepseizoen.
Uitgaande van het beschermende effect van vaccineren, verwachtten de onderzoekers een vermindering te zien van overlijdensrisico of ziekenhuisopnames tijdens het griepseizoen. Maar de uitkomsten waren verrassend anders; ze vonden de grootste vermindering in de periode voor het griepseizoen, terwijl er toen nog geen sprake kon zijn van een optimaal vaccineffect. Een effect van vaccinatie treedt pas echt op tijdens een griepepidemie. Deze resultaten doen vermoeden dat er aanwezigheid is van bias die op zijn beurt effect heeft op de beoordeling van het vaccineffect. Die bias is te wijten aan het feit dat relatief gezonde senioren eerder een vaccinatie ontvangen. Deze uitkomsten hangen nauw samen met andere resultaten van de onderzoekers waarin ze keken naar ruim 800 andere ouderen. Van die 828 senioren waren er 252 overleden tijdens het griepseizoen. Na het doorspitten van de medische dossiers van deze mensen vonden ze dat ‘functionele beperkingen’ (hulp bij lopen en wassen) verband hielden met een groter overlijdensrisico en met een verminderde influenzavaccinatie. De onderzoekers willen met deze onderzoeksresultaten benadrukken dat het belangrijk is, dat bij het meten van de effectiviteit van de griepprik, daarbij ook de lichamelijke gesteldheid van de senioren meegenomen moet worden. Door met de lichamelijke beperkingen rekening te houden in toekomstige onderzoeken, zal er een betrouwbaardere effectmeting van de griepprik uitrollen.
Professor Paul Glezen van Baylor College of Medicine, geeft in een commentaar over deze studies aan: “Tijdens de periode van 1989 tot 1997 nam het aantal gevaccineerde 65+’ers in de US toe van 30 tot 67 procent. Ondanks deze toename, bleef het aantal sterfgevallen en ziekenhuisopnames eerder stijgen dan dalen. Terwijl je met een groot vaccineffect juist een daling mag verwachten.“
Carla van der Molen
1 november 2005 00:00